Zo zagen ze er nu uit, de kansloze jongeren van 40 jaar geleden: eind 50, kaal hoofd en een zwart leren jasje aangeschoten dat niet meer sloot over hun bierbuik. De zaallichten gingen uit, de band kwam op, als laatste John Lydon. A capella zong hij de openingszinnen, daarna zette de band in voor dezelfde dubbele opening als het recentste album What The World Needs Now: Double Trouble / Know Now. Meteen daarop volgde een briljante uitvoering van This Is Not A Love Song.
Absolute middelpunt
De ritmesectie legde een uiterst solide fundament, met een bas zo diep dat je 'm niet hoorde, maar die wel je borstbeen deed resoneren. Als de ritmesectie het gewapend beton was, dan was de gitarist de diamantboor. Slijpend, snerpend, gierend, jankend, huilend - maar nooit wist hij te ontsnappen aan de ijzeren greep van de drummer en bassist. Ook John's stacato zang bleef door de mix gevangen en vormde vaak een kleur in het palet van klanken. Hoewel zijn zang niet boven de muziek stond, was John wel het absolute middelpunt van de zaal: stage center. Alleen tijdens een paar ultrakorte, verrassend melodieuze gitaarsolo's verschoof de spotlight even naar de gitarist.
Trance
Zo gleden we langzaam in een trance waarbij het onderscheid tussen de verschillende uitgesponnen nummers vervaagde. Waren ze nieuw of oud? Waren ze bekend of niet? Het maakte niet meer uit, ze lagen allemaal aan de ketting van de ritmesectie en de gezamelijke klank-samenstelling. Daarmee vervaagde ook de tijd, had die geen begin of eind meer, geen verleden of toekomst, kwam die tot stilstand. Een gevoel dat je ook kunt hebben als je ergens halverwege een wereldreis van zes maanden bent, of zoals iemand me vertelde: als je wat goede hasjies gerookt hebt.
Turn up the bass
We landden weer met een lange expirimenteel-psychedelische uitvoering van Religion. In het middendeel alleen nog de vervormde stem van John boven een licht ritmisch tikje van de drummer. Aan het eind een chant: "turn up the bass". Dat gebeurde. Alsof de zaal een trilplaat werd, schudden eerst de vullingen uit je tanden, en toen de kiezen uit je kaken. De toegift bestond uit strakke uitvoeringen van de publiekslievelingen Public Image en Rise (met John's lijfspreuk "anger is an energy"). John had ons blij verrast met een uitstekende band en een uitstekend concert. Als afscheidswoorden kregen we mee: Amsterdam is my second home, en this way we can change the system.