Bennie moest overdag trainen in De Meer, waardoor zijn vrouw en later zijn dochter het meest in de winkel stonden. Tussen de middag hielp hij vaak mee, want klanten uit heel Amsterdam kwamen naar de winkel om Bennie te ontmoeten. Opvallend was dat zijn winkel niet in een ‘Ajax buurt’ gevestigd was, maar in een buurt met veel DWS fans. Sommige DWS fans kwamen uit principe niet naar zijn winkel.
Bennie dacht dat het gemakkelijk was om een sigarenwinkel te runnen. Maar in de praktijk viel dit tegen. De winkel was zes dagen in de week open van 07.00 tot 19.00, dus het waren lange dagen. In de winkel werden onder andere sigaren, sigaretten, pijpen, aanstekers, ansichtkaarten, staatsloten en voetbalkaartjes verkocht. Door zijn contacten in de voetbalwereld, was het voor Bennie eenvoudig om aan de voetbalkaartjes te komen.
Zijn vrouw vond het leuk om veel te kletsen met de klanten en nam de tijd om bijvoorbeeld samen met de klant een mooie ansichtkaart uit te zoeken. Ook wist zij precies wat voor soort sigaren of sigaretten klanten rookten. Al kon zij het soms niet laten om ze van het roken af te helpen. Dan zei ze gewoon “Nee, ik verkoop u het niet!”
Bennie heeft de winkel zo’n tien jaar geleden verkocht. Tot een jaar of drie geleden stond zijn naam nog wel boven de winkel. Tegenwoordig is het nog steeds een sigarenwinkel en Bennie woont net als vroeger in het pand boven zijn oude zaak.