De Plantage Schouwburg stond, zoals al eerder vermeld, aan de Plantage Franschelaan op nummer 9. Dit is een bijzonder adres, want vanaf het jaar 1900 is dit ook het adres van De Burcht, het verenigingsgebouw van de Algemeen Nederlandse Diamantbewerkers Bond (ANDB). De Burcht is namelijk gebouwd in de tuin aan de voorzijde van de schouwburg. Daardoor verdween de schouwburg achter De Burcht en eigenlijk ook uit het straatbeeld. Er bleef wel een ingang aan de Plantage Franschelaan met een klein poortje (inmiddels ook verdwenen).
Na de openbare verkoop van het gehele schouwburgcomplex in 1895, wordt in 1898 een deel van het complex opnieuw verkocht en wel aan de ANDB. Van de overdracht is een notariële akte opgemaakt, de notaris was J.F. Wertheim. De verkoper is een zeker Louis (Levie?) Duitz, wonende aan de Plantage Parklaan 20.
Ik heb bij het Stadsarchief de gedigitaliseerde adresboeken van meerdere jaargangen doorgenomen (bron: SAA, inv.nr. 30274). Op genoemd adres staan in 1895 meerdere personen genoemd met de naam Duitz. Aangezien alleen de voorletters worden genoemd, is het moeilijk concreet te maken om wie het precies gaat of gaan. Wat in iedere geval wel duidelijk is, is dat de familienaam Duitz gerelateerd kan worden aan de diamantsector. Zo is het zeker dat de naam A.D. Duitz & Zn. verwijst naar de handel in juwelen. L. Duitz zou koopman zijn, maar waarin?
In adresboeken van voor 1895 komt de naam Duitz vaker voor. Zo is er een S.J. Duitz, hij zou het beroep hebben van ‘Glazenmaker Diamanten’. Voor mij een onbekend vak, maar in de adresboeken ondergebracht onder het kopje: ‘Diamanten (Fabrikanten van Glazenmakers-, Lithogr.- en Geslepene)’. Glazenmakers diamanten verwijst naar de diamanten die speciaal werden gemaakt voor het op maat snijden van glas of voor het graveren in glaswerk.
Al deze personen, zo blijkt uit de adresboeken, waren stemgerechtigd voor de Staten Generaal. Dit betekent dat zij een zekere welvaart hadden. In die tijd bestond het censuskiesrecht. Dat wil zeggen dat bij verkiezingen het stemrecht is voorbehouden aan personen die vermogend genoeg zijn om minimaal een bepaald bedrag aan belastingen te betalen.
Overigens is het volstrekt onduidelijk waarom Louis (Levie) Duitz is overgegaan tot de koop van de grond en de opstallen in de Plantage Franschelaan. Het kan zijn dat hij het zag als een goede investering, maar dit is speculatief. Hetzelfde zou je kunnen zeggen over de verkoop, maar mogelijk heeft meegewogen de verbondenheid met de ANDB. Veel familieleden (zie ledenkaarten ANDB bij het IISG) waren lid van de ANDB.
Waar zijn medekoper Nijkerk van een aantal jaren eerder is gebleven, is onbekend. Hij wordt in de notariële akte uit 1898 niet genoemd. Mogelijk ging het om Hartog Nijkerk (1862 – 1936), commissionair (in diamanten?).