Wietskenel de Jong
Het was er klein, smal en rechthoekig. Naast de ingang was een ruimte waar het personeel zich kon terugtrekken. Daar werden ook de goederen opgeslagen. Voor de ingang van deze ruimte hingen kleurrijke plastic strips.
De inrichting van de Belly was zelf getimmerd en gemaakt van goedkoop hout en doeken. In de loop der jaren werd het wel steeds professioneler. De entree bevond zich naast een winkelraam. Voor het winkelraam was de kassa met een lopende band, die het regelmatig niet deed. Houten gekleurde latjes dienden ervoor om aan te geven tot waar jouw boodschappen lagen en die van de volgende klant. Daarachter stonden de winkelkarretjes.
Achterin werd de winkelruimte breder. Daar stond een houten display met allerlei alternatieve non-food producten zoals waskaarsen, lucifers, zeep, shampoo en lola afwasborstels. Tegen de ene zijmuur stonden de groentes in houten kratten. De groentes, de aardappelen en het fruit moesten zelf afgewogen worden. Daarnaast stond een koelvitrine met zuivel. Tegen de achtermuur stond nog een koel vitrine. In de zomer als het heel erg warm was, hingen voor deze koelvitrines zilverkleurige lappen om de kou niet te verliezen. Achterin de winkel lagen de koekjes en bij de kassa vond je kruiden, thee en koffie.