De benoeming van een nieuwe directeur had te maken met de slechte resultaten van de Duits UfA. Er moest worden bezuinigd en om de zaak op de rails te krijgen is een nieuwe directie nodig die de zaak stevig gaat aanpakken. Hoewel een en ander moeilijk is aan te tonen, is de nieuwe directeur succesvol. Succesvol genoeg om het uit te houden tot in de eerste jaren van de Tweede Wereldoorlog, de bezettingsjaren.
Zijn naam komt regelmatig voor in de politiearchief in verband met de aanvraag voor vergunningen en voor speciale voorstellingen of activiteiten. Elke bioscoop of theater viel onder een nieuwe regeling van 1920. Behalve dat in dit archief regelmatig verslagen zijn terug te vinden van voorstellingen, zijn er ook allerlei formulieren betreffende vergunningen. Vergunning in de breedste zin van het woord. Dan gaat het om bijvoorbeeld een bouwvergunning voor een overkapping of het plaatsen van een reclamebord voor de ingang. (Het Rembrandt – theater archief is te vinden bij het Stadsarchief Amsterdam (SAA) onder inv.nr. 5225-4886 en loopt vanaf 1920 tot met 11 januari 1943) Verlening van een vergunning om reclamefilmpjes op het dak van het Rembrandt – Theater te vertonen. Bron: SAA inv.nr. 5225-4886 nr. 271.
(Bron: SAA politiearchief 5225-4886, nrs.260-271)
In 1924 krijgt het Rembrandt – Theater de officiële vergunning voor de vertoning van films ‘alsmede voor toneelvoorstellingen’. Zoals gebruikelijk volgt een hele rits van regels en voorwaarden waaraan het theater moet voldoen (zij bijgaande afbeelding van het eerste blad van de vergunning, bestaande uit vier bladzijden). Na directeur Ter Linden komen nog een aantal directeuren. Achtereenvolgens zijn dit (genoemde data zijn een benadering):
* David Hartogs (adres: Keizersgracht 650) vanaf augustus 1931
* Herman Bollongino (adres: Herengracht 592 vanaf november 1935
* Eugène Louis Scholte (adres: Amstellaan 63) vanaf november 1939)
* Franz Christian Wilhelm Jordans (adres: Noorder Amstellaan 192) vanaf januari 1941).