Het volgende verhaal komt uit: A.Hendriks en J. van Velzen: Van de Montelbaanstoren naar het Minervaplein. Blz 33.
Een andere bekende naam was banketbakkerij Snatager. Na de oorlog schreven veel auteurs met ‘hoorbaar’ verlangen over het mierzoete roomgebak en de gemberbolussen die er verkocht werden. In “Herinnering aan Joods Amsterdam” vertelt Abel Herzberg een mooie anekdote over de bolussen van Snatager: ‘Er is dat bekende verhaal van Jokev Content. Je mag niet eten vóór je je ochtendgebed hebt gezegd (…). Maar Jokev Content moest altijd over de Jodenbreestraat naar sjoel, en hij kon Snatager (…) maar niet voorbij zonder een gemberbolus te eten. Hij was verslaafd aan gemberbolussen. En wat hij ook deed, het lukte hem niet om van de dagelijkse gemberbolus af te blijven. En eindelijk, op een dag, heeft hij al zijn krachten verzameld en het is hem gelukt: hij is Snatager voorbijgegaan zónder een gemberbolus te eten! En toen heeft hij tegen zichzelf gezegd: ‘Jokev, Jokev, aangezien je zó sterk bent geweest dat je er langs bent gegaan zonder een bole te nemen, mag je teruggaan en er een kopen!’