Op het eerste gezicht lijkt het apotheek pand een weinig opvallend, maar wel gaaf 19de eeuws huis. Bij nadere beschouwing, vallen oudere elementen op. Zoals een pothuis en een 18de eeuws hek. Een hoge winkelruimte met een opkamer. Een paar jaar geleden kwamen tijdens een interne verbouwing, tot ieders verrassing achter een gestuukt plafond balken tevoorschijn, beschilderd met vroeg 17de eeuwse vergulde rozetten en bloemslingers. Minstens zo oud is het onderste gedeelte van het huis.
Apotheker Wijnand Hendrik van der Meulen (1824-1907) kocht de apotheek in 1875. Hij liet toen een nieuw interieur maken, dat er voor een belangrijk deel nog steeds is. Een rond lopende opstand, geschilderd in Berlijns blauw, onderbroken door okergele, gemarmerde pilaartjes met een kapiteel met acanthusblad. Dit alles afgedekt met een koof in Bentheimer grijs, versierd met vergulde 'kralen'.
Deze kleine apotheekruimte was vroeger winkel en werkplaats tegelijk. Hier werden de patiënten ontvangen, infusen gekookt, pillen gedraaid, zetpillen gegoten en nog veel meer. De werkzaamheden hebben zich verplaatst naar elders in het pand. Er worden nog nauwelijks eigen bereidingen gemaakt. De nadruk ligt niet meer alleen op het afleveren van medicijnen, maar steeds meer op dienstverlening en medicatiebegeleiding.
bron: www.winkelstories.com