Verder door de fabriek, naar het schildersatelier.
Na ‘de biscuit brand’ gaat het naar het schildersatelier en daarna door naar de glazuurafdeling. De schrijver merkt op dat het lijkt alsof door het glazuur al het schilderwerk weer wordt teniet gedaan. Maar dan volgt ‘de gladbrand’ en verschijnt het prachtigste aardewerk in kleur en tekening. En dat er werkelijk prachtig werk wordt afgeleverd blijkt volgens de schrijver uit de vele nationale en internationale prijzen die De Distel in de loop der jaren heeft verworden. Hij zet ze keurig op een rijtje, door mij deels vertaald naar het Nederlands en gecorrigeerd indien nodig (qua datering):
* Parijs 1900 Médaille d argent.
* Oostende 1901 Diplôme d Honneur et Médaille d’or.
* St. Petersburg 1901 Médaille d’or.
* Turijn 1902 Diplôme d’ Honneur.
* Den Haag 1904 Diplome 1re Classe avec Plaque.
* St. Louis 1904 Médaille d’Argent.
* Luik 1905 Diplome d 'Honneur et Médaille d’or.
* Milaan 1906 Deux diplômes Honneur
* Faenza 1908 Médaille d’or.
* Middelburg 1908 Médaille d’or.
* Brussel 1910 Hors concours vice- pres. du Jury.
* Roubaix 1911 Hors concours vice- pres. du Jury.
* Turijn 1911 Grand Prix.
* Gent 1913 Hors concours- Membre du Jury.
Het laatste deel van het hoofdstuk betreft nog een aantal slotopmerkingen. Zo noemt hij de zogenaamde “Carduus – aardewerk”, een procédé uitgedacht en ontwikkeld door directeur Lob. Dit laatste blijkt niet geheel de waarheid, waarschijnlijk was het Willem van Norden (bron: Karel Nijkerk), maar ook Theo Nieuwenhuis wordt genoemd. Hoe dan ook het waren bijzondere tegels van roodbakkende Rijnlandse klei van 75 bij 75 mm en voorzien van een reliëf. Een goed voorbeeld en nog steeds zichtbaar aan de openbare weg zijn de tegeltableaus van de Diamantbeurs of die van het Zaanhof.
Er worden vanzelfsprekend ook een aantal ontwerpers genoemd, zonder al te diep in te gaan op hun prestaties. Wel is er nog dit slotwoord: “Aan het einde gekomen van dit artikel, achten wij een woord van hulde aan den energieken directeur, den heer J. M. Lob, niet misplaatst en voorspellen wij, dat voor de Plateelbakkerij “De Distel” een schoone toekomst is weggelegd”. Een voorspellende gave had Just de la Pairières helaas niet, twee jaar later was De Distel overgenomen door Goedewaagen uit Gouda.
OF NAAR: Verhaal 46