Aantal en leeftijden
Met zo’n titel verwacht je een mooi verhaal over al de mensen die bij De Distel hebben gewerkt. Maar als het gaat om het ‘gewone personeel’, de arbeidende klasse voor wat het waard is, is er maar heel weinig bekend. Zelfs over het aantal werknemers dat er gewerkt zou hebben, bestaat geen zekerheid. Vermoedelijk gaat het om ongeveer 40 personen. Hoogstwaarschijnlijk waren het voornamelijk mannen met daarnaast ook vrouwen. Dat laatste is zeker, aangezien er een advertentie bestaat waarin meisjes worden opgeroepen om te solliciteren, nette meisjes dat dan weer wel. Zij zouden interne een opleiding krijgen tot ‘Porcelein Schilderen’. Bijzonder is de aanvulling: ‘bij uitn. een damesarbeid’. De advertentie dateert van 12 september 1898. Opvallend is het ontbreken van een leeftijdsgrens. Je zou mogen verwachten dat ze in ieder geval de lagere school leeftijd voorbij zijn. Maar in 1898 hoefde dat formeel nog helemaal niet, de leerplicht werd pas drie jaar later in 1901 ingevoerd.
De verdiensten
De lonen waren, zeker voor de jonge of de startende werknemers laag, zeker gerekend naar huidige maatstaven. Maar dat is een foutieve vergelijking. De jongens en meisjes die op lage leeftijd instroomden verdienden inderdaad slechts enkele centen per uur. Maar zoals één van hen later zou vertellen (zie verder) kon je via de werkgever al snel een aanvulling krijgen. Uit de vele dossiers van Het Gemeentelijk Bureau voor Maatschappelijke Steun heb mogen bestuderen was het niet ongewoon dat een jongen of meisje van een jaar of 12 – 14 ongeveer een gulden of 1,50 gulden per week ontving. Omgerekend naar een uurtarief was dit ook niet meer dan een paar centen per uur, uitgaande van ongeveer 50 uur per week. Bedenk daarbij dat het bijna altijd ging om een leerwerkplek (zoals we dat tegenwoordig noemen). Zie bijvoorbeeld de advertentie van 7 juli 1898. Lees het verhaal van Emanuel van Praag later er maar op na. Deze Emanuel heeft eigenlijk vrij kort bij De Distel gewerkt.
Doorgroei
Maar van Meijer Smeer is bekend dat hij op ongeveer 10 – jarige leeftijd in 1896 zou zijn begonnen bij De Distel. Die informatie heb ik van zijn kleindochter. Zekerheid heb ik daar niet over. Wat wel zeker is, is dat hij tot aan de overname door Goedewaagen in 1923 bij De Distel is blijven werken. Omdat er van zowel zijn ouders als van hemzelf dossiers bestaan over hun maatschappelijke toestand weten we dat hij van die paar centen per uur door groeide naar uiteindelijk 42,50 gulden per week eind 1922, begin 1923. Hij was inmiddels doorgegroeid tot de verantwoordelijke functie van werkmeester. In de dossiers van Meijer Smeer wordt hij regelmatig ‘plateelbakker’ genoemd!
In de hierna volgende verhalen komen Emanuel van Praag (uitgebreid) en Meijer Smeer (met verwijzingen naar andere websites) aan bod.
OF NAAR: Verhaal 33