Aardewerk is hier zowel het vaas- als het tegelwerk. Als het gaat om De Distel heb ik drie beschrijvingen, min of meer, van het bakproces gevonden. In verhaal 34 heb ik al gerefereerd aan het verhaal of het interview van Emanuel van Praag. De twee andere beschrijvingen zijn afkomstig van Thorn Prikker (1905) en het tijdschrift De Lelie (1909).
Thorn Prikker
In het in 1905 verschenen boek: De Nederlandsche Kunstnijverheid (blz 43 – 57), beschrijft hij het proces van klei tot vaas als volgt: “Om een voorwerp in aardewerk te vervaardigen, dient vooraf een vorm in hout of gips gemaakt te worden, waarvan de qualiteiten natuurlijk door den ontwerper worden aangegeven. Deze wordt in gips afgegoten waardoor men den zoogenaamden moedervorm verkrijgt, die, in twee helften deelbaar, welke precies op elkander passen, een holte omvat, het negatief van het te produceeren voorwerp. Op de draaischijf geplaatst en met klei gevuld verdeelt deze laatste zich door de snelle draaiing langs de wanden en levert, in voldoend drogen toestand, de vaas, of den pot in een eerste stadium van wording. Na de afwerking en een voorloopige verharding in den oven, volgt de beschildering door den artiest - zelven of door de werklieden, die de vaardigheid hebben de eenmaal ontworpen versieringen te reproduceeren. Bij deze beschildering moet rekening gehouden worden met de verandering, die de kleuren bij het bakken ondergaan, welke van dien aard is, dat men steeds met de kansen van teleurstelling of aangename verrassing rekening heeft te houden. In de fabriek „De Distel" worden deze bewerkingen verricht in ruime, goed verlichte en geventileerde vertrekken, die in geenen deele herinneringen wekken aan de loonslavernij, waardoor vroeger een Nederlandsche aardewerkfabriekberucht was. Het glazuur wordt op de voorwerpen aangebracht door middel van een vaporisator, waaraan een luchtpomp verbonden is. Deze verricht de laatste bewerking, die voorafgaat aan het bakken. De oven van „De Distel" is een meter dikke cirkelmuur, die een ruimte omvat met een doorsnede van ongeveer 3 meter. Daar vinden een tiental kolommen van opeengestapelde „kapsels" plaats; dit zijn ronde van klei gebakken doozen, waarin op, eveneens van klei gebakken, voetstukjes de vazen en potten worden neergezet.”
Over het bakproces van de tegels is hij kort. Hij heeft het over speciale kapsels waarin de tegels in hele rijen bij elkaar worden gezet. “De kapsels dienen om de te bakken voorwerpen tegen de directe inwerking van het vuur te beschermen. Twintig uren lang gaan de vlammen uit den onder den oven aangebrachten haard langs de kolommen kapsels, nadat de ingang dichtgemetseld is en voorzien van een ijzeren deur”.
In het hierna volgende verhaal het bezoek van mevrouw Emily Warting aan De Distel
OF NAAR: Verhaal 55