Plateelbakkerij De Distel (15)

Bert Nienhuis leven en werk tijdens en na De Distel: huwelijk, leraarschap, Duitsland

Verteller: IMG_1170.jpg Frits Slicht
Auteur: IMG_1170.jpg Frits Slicht
Foto van Bert Nienhuis in atelier Kloveniersburgwal, bron: Museum Goedewaagen

Foto van Bert Nienhuis in atelier Kloveniersburgwal, bron: Museum Goedewaagen

Archiefkaart van Bert Nienhuis sr., bron: Indexen SAA

Archiefkaart van Bert Nienhuis sr., bron: Indexen SAA

Huwelijk

Bert Nienhuis trouwt op 29 april 1904 met Elisabeth Schutz. Bert woont inmiddels in Bussum en is daarom binnen de indexen van het Stadsarchief voorlopig ‘buiten beeld’. Maar in latere jaren keert hij terug naar Amsterdam. In 1926 zal hij van Elisabeth scheiden om in hetzelfde jaar te hertrouwen en wel met Seline Teixeira d’Andrade.

Melding ondertrouw en aankondiging huwelijk Bert Nienhuis met Seline Teixeira d’Andrade, bron: Algemeen Handelsblad van 15 – 12 – 1926

Melding ondertrouw en aankondiging huwelijk Bert Nienhuis met Seline Teixeira d’Andrade, bron: Algemeen Handelsblad van 15 – 12 – 1926

In het eerste huwelijk wordt in 1905 de zoon Lambertus (Bert) Nienhuis geboren. Later worden uit het tweede huwelijk nog twee kinderen geboren: Sonja Regina en Marianne Bertine.

Geboorte van zoon Bert Nienhuis in 1905, bron: Het nieuws van den dag: kleine courant van 11-04-1905

Geboorte van zoon Bert Nienhuis in 1905, bron: Het nieuws van den dag: kleine courant van 11-04-1905

Lesgeven

In 1905 krijgt hij de mogelijkheid om les te geven aan de kunstnijverheidsschool in Haarlem. Mogelijk gaat het om de Teekenschool voor Kunstnijverheid te Haarlem. Het onderwijs zal blijven trekken want later zal hij werken aan de Kunstnijverheidsschool Quellinus (vanaf 1917).

Aardewerk van Bert Nienhuis uit twee perioden. Bron: Tijdschrift Ambacht, jrg 2, 1950-1951, no 4, 1951

Aardewerk van Bert Nienhuis uit twee perioden. Bron: Tijdschrift Ambacht, jrg 2, 1950-1951, no 4, 1951

Naar Duitsland

Tussen 1912 en 1917 heeft hij enige jaren in Duitsland gewerkt. Volgens velen een belangrijke stap in zijn ontwikkeling als keramist. Hij werd uitgenodigd om docent te worden aan een nieuwe kunstnijverheidsopleiding in Hagen (Duitsland), waarvan J.L.M. Lauweriks directeur was. Dankzij het mecenaat van Karl Ernst Osthaus was Hagen een bloeiend centrum van toegepaste kunst geworden, waar o.a. Henry van de Velde, Peter Behrens, Thorn Prikker Johan en Frans Zwollo werkzaam waren. Nienhuis kreeg er de beschikking over een goed uitgerust atelier, dat hem in de gelegenheid stelde met allerlei nieuwe materialen en technieken te experimenteren. Zo begon hij hier o.a met het vervaardigen van vrij grote ceramische sculpturen. Door het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog duurde de Hagense periode van Nienhuis echter maar kort en in 1916 keerde hij, evenals Lauweriks, terug naar Amsterdam. Bron: Ver. Vrienden Nieuwe Kunst 1900. Het samenwerkingsverband in Hagen wordt ook wel omschreven als een kunstenaarskolonie.

Opnieuw leraar

Haarlem: Teekenschool voor Kunstnijverheid, fotograaf: Oldenkamp, W. Bron: Monumentenfotografie, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, afdeling Gebouwd Erfgoed via Geheugen van Nederland

Haarlem: Teekenschool voor Kunstnijverheid, fotograaf: Oldenkamp, W. Bron: Monumentenfotografie, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, afdeling Gebouwd Erfgoed via Geheugen van Nederland

Overigens geven andere bronnen als reden voor zijn terugkeer het docentschap keramische vakken dat hem werd aan geboden door de Kunstnijverheidsschool Quellinus. Hoe dan ook, het kwam goed uit dat de hiervoor genoemde Lauweriks daar directeur was geworden. Deze school fuseerde in 1924 met de ‘Teekenschool voor Kunstambachten’ en de ‘Dagteeken- en Kunstambachtsschool voor Meisjes’ tot het ‘Instituut voor Kunstnijverheid’. Hij zou daar tot aan zijn pensioen in 1938 blijven werken. Inmiddels had hij wel een eigen atelier aan de Kloveniersburgwal op nummer 133. Hij zou daar volgens meerdere bronnen gewerkt hebben. Maar een bevestiging vis het bevolkingsregister heb ik niet. Zijn zoon zou daar wel worden ingeschreven, na diens terugkeer uit Moskou in 1939. Na twee tijdelijke adressen woont hij met zijn vrouw op dit adres.    

Bij het Stadsarchief vond ik nog een politiebericht uit 1942 waarin wordt gesteld dat Anna Schimmelmitz (ook: Anka Szymelmic) kwam melden dat de fiets van haar man Lambertus Nienhuis was gestolen. Uit nader onderzoek bleek het te gaan om de zoon, Lambertus (Bert) Nienhuis. Het huwelijk werd overigens gesloten in Moskou op 6 juli 1938. Anna was van Pools – Joodse afkomst en geboren in Warschau.

Terug naar de inhoudsopgave

NAAR: Verhaal 16

Alle rechten voorbehouden

38 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe